Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Duits Nederlands
  • die Klamotten = de kleding
  • der Pullover = de trui
  • die Hose = de broek
  • die Bluse = de blouse
  • die Jeans = de spijkerbroek
  • die Socke = de sok
  • die Jacke = de jas
  • das T-Shirt = het T-shirt
  • die Größe = de maat (kleding)
  • eine Nummer größer = een maat groter
  • anprobieren = passen
  • zu eng = te nauw
  • zu weit = te wijd
  • zu kurz = te kort
  • zu groß = te groot
  • mit der Karte bezahlen = pinnen
  • suchen = zoeken
  • umtauschen = ruilen
  • der Kassenzettel = de kassabon
  • das Angebot = de aanbieding
  • das Schnäppchen = het koopje
  • vorigen Monat = vorige maand
  • vorige Woche = vorige week
  • die Zeitschrift = het tijdschrift