Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Duits Nederlands
  • los = aan de hand
  • Was ist los? = Wat is er aan de hand?
  • klar = duidelijk/ OK / inderdaad
  • endlich = eindelijk
  • durchschnittlich / im Durchschnitt = gemiddeld
  • obwohl = hoewel
  • dein = jouw
  • sofort = onmiddellijk / meteen
  • mein = mijn
  • möglich = mogelijk
  • gerade = net
  • nie = nooit
  • jetzt = nu
  • seit = sinds
  • übrigens = trouwens
  • bestimmt = zeker / zeker en vast