ES
EN
NL
FR
DE
IT
Aprender vocabulario
Sugerencias
Método de estudio
Inicio
Wozzol
Sugerencias
Método de estudio
Listas de vocabulario
Noticias
Aprender vocabulario
Si desea aprender más vocabulario en un idioma extranjero, háganoslo saber.
Póngase en contacto con nosotros
Lista de vocabulario
Listas de vocabulario
Duits
TrabiTour
vwo 2e editie
Arbeitsbuch C, Kapitel 9, Aufgabe 3.3
Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.
Acciones
Lista abierta para aprender
Imprimir la lista como
flashcards
Exportar lista como archivo de texto
Duits
Nederlands
zusammen
=
samen
gemeinsam
=
gezamenlijk
allein
=
alleen
willkommen
=
welkom
sich treffen
=
elkaar ontmoeten
miteinander reden
=
met elkaar praten
quatschen
=
kletsen
der Kuss / ’’-e
=
de kus
sich küssen
=
elkaar kussen
sich aufregen
=
zich opwinden
die Beziehung / -en
=
de relatie
weinen
=
huilen
die Überraschung / -en
=
de verrassing
betrügen
=
bedriegen
die Freundschaft
=
de vriendschap
gut aussehen
=
er goed uitzien
die Eifersucht
=
de jaloezie
sich trennen
=
uit elkaar gaan
Schluss machen
=
het uitmaken
sich verlieben in (+4)
=
verliefd worden op
lästern
=
roddelen
das Glück
=
het geluk
sich kennen lernen
=
elkaar leren kennen
das Gefühl / -e
=
het gevoel
der Wunsch / ’’-e
=
de wens
gute Laune
=
een goed humeur
ich bin guter Laune
=
ik ben in een goed humeur
die Liebe
=
de liefde
schimpfen
=
schelden
sich verhalten
=
zich gedragen
der Streit
=
de ruzie
die Leute
=
de mensen
sich verabreden
=
een afspraak maken
sich einigen
=
het eens worden
sympathisch
=
sympathiek
sofort
=
direct, meteen
Recht haben
=
gelijk hebben
mitmachen
=
meedoen
gerade
=
(zo)juist, net
sich entschuldigen
=
zich verontschuldigen
miteinander gehen
=
verkering hebben