ES
EN
NL
FR
DE
IT
Aprender vocabulario
Sugerencias
Método de estudio
Inicio
Wozzol
Sugerencias
Método de estudio
Listas de vocabulario
Noticias
Aprender vocabulario
Si desea aprender más vocabulario en un idioma extranjero, háganoslo saber.
Póngase en contacto con nosotros
Lista de vocabulario
Listas de vocabulario
Duits
Malmberg
Na Klar!
Na Klar3-4v
Naklar3-4v-K3-DN
Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.
Acciones
Lista abierta para aprender
Imprimir la lista como
flashcards
Exportar lista como archivo de texto
Duits
Nederlands
bereits
=
al
ehemalig
=
voormalig
der Einzelfall
=
het incident
sich fragen
=
zich afvragen
die Lust
=
de zin
Sachen
=
de dingen
die Schlagzeile
=
de krantenkop
der Slogan
=
de leus
der Tierschützer
=
de dierenbeschermer
das Umfeld
=
het milieu
ungern
=
met tegenzin
werben
=
reclame maken
der Züchter
=
de fokker
zuletzt
=
voor het laatst
der Abschnitt
=
het gedeelte
der Bereich
=
het gebied
bisweilen
=
af en toe
brisant
=
explosief
erstaunlich
=
verbazingwekkend
keineswegs
=
helemaal niet
loslegen
=
beginnen
der Ratschlag
=
het advies
die Untertreibung
=
het understatement
vernünftig
=
verstandig
witzig
=
grappig
bekämpfen
=
bestrijden
sich bewerben
=
solliciteren
brüllen
=
schreeuwen
deswegen
=
daarom
ebenfalls
=
ook
der Fetzen
=
de snipper
konfiszieren
=
in beslag nemen
der Kumpel
=
de maat
der Radfahrer
=
de fietser
der Rechtsanwalt
=
de advocaat
der Verwalter
=
de huismeester
der Zaun
=
het hek
ahnen
=
vermoeden
begegnen
=
ontmoeten
der Garten
=
de tuin
der Geruch
=
de reuk
misstrauen
=
wantrouwen
die Note
=
het cijfer
oft
=
vaak
schauen
=
kijken
die Schauspielerei
=
het toneelspel
der Schluss
=
het einde
sofort
=
onmiddellijk
versprechen
=
beloven
der Vorwurf
=
het verwijt
zeitweise
=
zo nu en dan
der Appetit
=
de eetlust
sich aufregen
=
zich opwinden
der Ausgleich
=
de compensatie
ekelhaft
=
walgelijk
ernähren
=
voeden
grausam
=
wreed
das Huhn
=
de kip
der Kreislauf
=
de bloedsomloop
das Obst
=
het fruit
reiten
=
paardrijden
schützen
=
beschermen
seitdem
=
sindsdien
Süßigkeiten
=
snoepgoed
sich verständigen
=
het eens worden
verzichten auf
=
afzien van
allerdings
=
echter / zeker
die Ehe
=
het huwelijk
entsetzen
=
ontstellen
ergehen
=
vergaan
gegenüber
=
tegenover
irgendwann
=
ooit
kaum
=
nauwelijks
prüfen
=
nagaan
der Rausch
=
de roes
die Umwelt
=
de omgeving
zunächst
=
allereerst / in eerste instantie
die Abweichung
=
de afwijking
anscheinend
=
blijkbaar / klaarblijkelijk
der Fehler
=
de fout
die Haut
=
de huid
der Hersteller
=
de producent
messen
=
meten
namhaft
=
bekend
sogar
=
zelfs
unerheblich
=
niet belangrijk
der Anlass
=
de aanleiding
begründen
=
beredeneren
brutal
=
gewelddadig
sich ereignen
=
gebeuren
erpressen
=
chanteren
der Fakt
=
het feit
die Schülerschaft
=
de leerlingen
unterstreichen
=
onderstrepen / benadrukken
verweisen
=
wegsturen / schorsen
vorbeugen
=
voorkomen