Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Duits Nederlands
  • die Einladung = de uitnodiging
  • in den Ruhestand treten = met pensioen gaan
  • Am 1. Juni d. J. tritt unser Geschäftsführer in den Ruhestand. = Op 1 juni gaat onze directeur met pensioen.
  • das Geschäftsessen = hier: het zakendiner
  • Geschäfte machen mit = zakendoen met
  • Das Essen findet gegen 18.00 Uhr statt. = hier: het diner begint om ongeveer 18.00 uur.
  • Bitte teilen Sie uns mit … = Wilt u ons laten weten …
  • die benötigten Zimmer = hier: het benodigde aantal kamers
  • der einleitende Satz = de inleidende zin
  • der Schlusssatz = de slotzin
  • Wir bestätigen den Empfang Ihrer Einladung und danken Ihnen dafür. = We bevestigen de ontvangst van uw uitnodiging en bedanken u ervoor.
  • sich verabschieden von = afscheid nemen van
  • der Rücktritt = het aftreden
  • außer mir = behalve ik, behalve mij
  • zu dritt = met z'n drieën
  • Für die Reservierung von drei Einzelzimmern wären wir Ihnen sehr dankbar. = Wij zouden u dankbaar zijn als u drie eenpersoonskamers zou reserveren.
  • die Grußformel = hier: de slotformule, de groet
  • der Firmenname = de bedrijfsnaam
  • Wir laden Sie zum Jubiläum ein. = Wij nodigen u uit voor het jubileum.
  • Wir laden Sie ein, dem Fest beizuwohnen. = Wij nodigen u uit om op het feest aanwezig te zijn.
  • Wir feiern dieses Jahr unser 150-jähriges Bestehen. = Wij vieren dit jaar ons 150-jarig jubileum.
  • Im Festmonat können Sie unsere Jubiläumsangebote nutzen. = In de jubileumsmaand kunt u gebruikmaken van onze speciale aanbiedingen.
  • Über Ihren Besuch würden wir uns sehr freuen. = Wij zouden het fijn vinden als u komt.
  • Wir bitten Sie, auf der Karte anzugeben, mit wie vielen Personen Sie kommen. = Wij willen u vragen om op de kaart aan te geven met hoeveel personen u komt.
  • Bitte schicken Sie uns die Karte umgehend zurück. = Stuurt u de kaart alstublieft per omgaande aan ons retour.
  • Nach dem Empfang werden auch einige bekannte Künstler auftreten. = Na de receptie zullen er ook enkele bekende artiesten optreden.
  • d. J., dieses Jahres = jl., a.s.
  • Für eine baldige Antwort wären wir Ihnen sehr dankbar. = Wij zouden uw spoedige reactie zeer waarderen.
  • das 150-jährige Bestehen = het 150-jarige bestaan
  • ausgiebig feiern = uitgebreid vieren
  • der Stammkunde = de vaste klant
  • der Einkaufsleiter = het hoofd inkoop
  • der Empfang = hier: de receptie
  • das Fest, die Feier = het feest
  • die Kantine = de kantine
  • der Künstler = de artiest, de kunstenaar
  • auftreten = optreden
  • der Auftritt = het optreden
  • Gern laden wir Sie ein, den Feierlichkeiten beizuwohnen. = Wij willen u graag uitnodigen om bij de feestelijkheden aanwezig te zijn.
  • die Einladung annehmen = ingaan op de uitnodiging
  • fantastisch, phantastisch = fantastisch
  • die Übernachtung = de overnachting
  • Es war sehr nett, dass ich einige Ihrer Mitarbeiter, mit denen ich sonst nur telefonisch Kontakt habe, persönlich kennen gelernt habe. = Het was erg fijn dat ik enkele van uw medewerkers, met wie ik anders alleen telefonisch contact heb, persoonlijk heb leren kennen.
  • Ich bin froh, dass ich einige Ihrer Mitarbeiter persönlich kennen gelernt habe. = Ik ben blij dat ik enkele van uw medewerkers persoonlijk heb leren kennen.
  • Das wird bestimmt dazu führen, dass die Kontakte mit Ihrem Betrieb in Zukunft noch leichter sein werden. = Dat zal er beslist toe leiden dat de contacten met uw bedrijf in de toekomst nog makkelijker zullen verlopen.
  • die Geschäftsbeziehung, die Geschäftsbeziehungen = de zakelijke relatie
  • andauern, dauern = duren
  • das Netzwerk erweitern, das Netzwerk ausweiten = het netwerk uitbreiden
  • ausschließlich = uitsluitend
  • das Paket = het pakket
  • zu Recht etwas fordern = terecht iets eisen
  • die Alternative = het alternatief
  • der Standard = de standaard
  • die Zuverlässigkeit = de betrouwbaarheid
  • die Leistung = de prestatie
  • die Ansprüche des Marktes = hier: de eisen van de markt
  • die Gründung der Firma = de oprichting van de firma
  • mittlerweile = inmiddels
  • der Hauptsitz, der Sitz = het hoofdkantoor
  • offiziell = officieel
  • es besteht die Möglichkeit zu einem Rundgang = er is de mogelijkheid om aan een rondleiding deel te nemen
  • Das Programm umfasst ... = Het programma omvat …
  • die Ansprache = de toespraak
  • das Unterhaltungsprogramm = het onderhoudende programma
  • Für das leibliche Wohl wird gesorgt. = Voor eten en drinken wordt gezorgd.
  • enden = eindigen
  • beigefügt = bijgevoegd
  • das Schwarze Brett = het prikbord