Team Deutsch - Deel 3

Woordenlijsten Team Deutsch deel 3

Hier vind je de woordenlijsten van Team Deutsch van Intertaal.

Leer de woordjes makkelijk met Wozzol.

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Duits Nederlands
  • schwanken = wisselen
  • selbstbewusst = zelfbewust
  • tolerant = tolerant
  • gelangweilt = verveeld
  • schüchtern = verlegen
  • verursachen + A = veroorzaken
  • der Schaden = de schade
  • Zwanzigjährige hat Wasserschaden verursacht. = Twintigjarige heeft waterschade veroorzaakt.
  • alarmieren + A = alarmeren
  • die Polizei = de politie
  • das Haustier = het huisdier
  • verhungern = verhongeren
  • rasen = razen
  • Das Auto raste gegen einen Baum. = De auto knalde tegen een boom.
  • öffnen + A = openen
  • strömen = stromen
  • der Fußboden = de vloer
  • der Mieter = de huurder
  • die Mieterin = de huurster
  • die Schnulze = de smartlap
  • die Fußgängerzone = het voetgangersgebied
  • der Kunde = de klant
  • die Kundin = de klant (v)
  • der Tanz = de dans
  • ausgehen von + D = uitgaan van
  • Man geht davon aus, dass … = Men gaat ervan uit dat …
  • vermuten = vermoeden
  • Die Polizei vermutet, dass … = De politie vermoedt dat …
  • umkehren = omkeren
  • die Kurve = de bocht