ES
EN
NL
FR
DE
IT
Aprender vocabulario
Sugerencias
Método de estudio
Inicio
Wozzol
Sugerencias
Método de estudio
Listas de vocabulario
Noticias
Aprender vocabulario
Si desea aprender más vocabulario en un idioma extranjero, háganoslo saber.
Póngase en contacto con nosotros
Lista de vocabulario
Listas de vocabulario
Engels
Boom
Delftse Methode
Deel Nederlands voor Buitenlanders
Hoofdstuk 26.0 - Naar school
Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.
Acciones
Lista abierta para aprender
Imprimir la lista como
flashcards
Exportar lista como archivo de texto
Engels
Nederlands
dear
=
lieve
mum
=
mama
baby
=
baby (de)
elementary
=
basis (de)
elementary school
=
basisschool (de)
take (bring)
=
breng
school buses
=
schoolbussen
have you
=
heb je
game
=
spel (het)
drawing
=
tekenen
writing
=
schrijven
knew
=
kende
letters
=
letters
alphabet
=
alfabet (het)
on that point/ in that field
=
punt (het)
is behind
=
is … achter
female teacher
=
juffrouw (de)
doing sums
=
rekenen
nicer/ more fun
=
leuker
count
=
tellen
add up
=
optellen
subtract
=
aftrekken
swim
=
zwemmen
free of charge
=
gratis
organizes
=
organiseert
child care
=
kinderopvang (de)
Christian
=
christelijke
islamic
=
islamitische
chose
=
kozen
public
=
openbare
(feel) at home
=
naar hun zin
remember
=
herinner me
angry
=
boze / kwaad
pupils/ students
=
leerlingen
classroom
=
klas (de)
silent/ quiet
=
stil
otherwise
=
anders
got
=
werd
cross
=
boos
uniform
=
uniform (het)
freer
=
vrijer
upbringing
=
opvoeding (de)
trouble
=
moeite (de)
cheeky/ impertinent
=
brutaal
positive
=
positief
involved
=
betrokken
education
=
onderwijs (het)
reading lessons
=
leeslessen
school parties
=
schoolfeesten
and the like
=
en dergelijke
parents' evenings
=
ouderavonden
where
=
waarop
male teacher
=
meester (de)
e-mail
=
mailen
regards
=
groeten
kiss
=
kus