Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • amazing = geweldig
  • animal = dier
  • artist = kunstenaar
  • beach = strand
  • cousin = neef / nicht
  • delete = wissen / verwijderen
  • different = verschillende
  • excited = opgewonden
  • exciting = spannend
  • fair = eerlijk
  • holiday = vakantie
  • interesting = interessant
  • job = baan / baantje
  • match = wedstrijd
  • monkey = aap / chimpansee
  • shark = haai
  • snake = slang
  • trip = reis
  • wave = golf
  • whole = heel
  • You're lucky! = Je hebt geluk!
  • address = adres
  • building = gebouw
  • busy = druk
  • cinema = bioscoop
  • city = stad
  • crazy = gek
  • famous = beroemd
  • interested = geïnteresseerd
  • language = taal
  • letter = brief
  • mall / shopping centre = winkelcentrum
  • message = bericht / boodschap
  • spend = besteden
  • visit = bezoeken
  • watch TV = tv-kijken
  • quite = nogal
  • difference = verschil
  • female = vrouwelijk
  • get in touch with / contact = contact opnemen met
  • glasses = bril
  • male = mannelijk
  • maths = wiskunde
  • pet = huisdier
  • practise = oefenen
  • reason = reden
  • record = opnemen
  • secret = geheim
  • silly / crazy = raar / maf
  • soccer / football = voetbal
  • teach = onderwijzen / leren
  • biology = biologie
  • borrow = lenen
  • dancing = dansen
  • lesson = les
  • main = belangrijkste / grootste
  • nearly / almost = bijna
  • prefer = liever doen / voorkeur geven aan
  • same = zelfde
  • soon = snel / gauw