Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • backpacking = rondreizen met een rugzak
  • native language = moedertaal
  • junior = jeugd
  • set out = voornemen
  • take to = leuk vinden
  • folks = ouwelui
  • place of residence = woonplaats
  • the Dutch = Nederlanders
  • accurately = nauwkeurig
  • globetrotter = wereldreiziger
  • name = noemen
  • instantly = onmiddellijk
  • brag = opscheppen
  • role model = voorbeeld
  • host family = gastgezin
  • process = verwerken
  • drop off = wegbrengen
  • understanding = begrip
  • gender = geslacht
  • convey = overbrengen
  • first aid = eerste hulp
  • hospitable = gastvrij
  • visa = visum
  • responsibility = verantwoordelijkheid