Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • at least = minstens
  • awake = wakker
  • century = eeuw
  • chef = chef-kok
  • decide = beslissen
  • disappear = verdwijnen
  • floor = vloer
  • groceries = boodschappen
  • I'm bored. = Ik verveel me.
  • kind / type = soort
  • loads of = veel
  • made = maakte / gemaakt
  • make = maken
  • meet = ontmoeten
  • met = ontmoette / ontmoet
  • musician = muzikant
  • noisy = lawaaierig
  • teen = tiener
  • think = denken
  • thought = dacht / gedacht
  • age = leeftijd
  • draw = tekenen
  • even = zelfs
  • good at = goed in
  • interest = interesse
  • might = zou misschien kunnen
  • mosque = moskee
  • move = verhuizen
  • others = anderen
  • passion = passie
  • read = lezen / las / gelezen
  • religion = godsdienst
  • shy = verlegen
  • sign up = inschrijven
  • support = steunen
  • teammate = ploeggenoot
  • topic = onderwerp
  • date = afspraakje
  • go out = uitgaan
  • mean = bedoelen
  • nervous = zenuwachtig
  • relief = opluchting
  • bottle = fles