Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • fair = kermis
  • darkness = duisternis
  • chase = achtervolgen
  • ride = attractie
  • spin round = rondtollen
  • blindfold = blinddoek
  • in turns = om de beurt
  • hutch = hok
  • cargo = lading
  • toxic = giftige
  • senses = zintuigen
  • surroundings = omgeving
  • rely on = vertrouwen op
  • heightened = verhoogde
  • lawyer = advocaat
  • cover = dekmantel
  • citizen = inwoner
  • courtroom = rechtzaal
  • beyond = behalve
  • martial arts = vechtsporten
  • blend = mix
  • creepy-crawly = eng klein beestje
  • phobia = fobie
  • treetop = boomtop
  • supportive = een grote steun
  • lumberjack = houthakker
  • thriving = bloeiend
  • in the days of = ten tijde van
  • pioneer = pionier
  • axe = bijl
  • parade = optocht
  • log = boomstam
  • proceed = verder gaan
  • bull's eye = roos
  • target = doel
  • sled = slee
  • take the stage = het podium op komen
  • risk = risico nemen
  • crush = pletten
  • precede = voorafgaan
  • demand = verzoek
  • questionnaire = enquête
  • respondent = ondervraagde
  • consider = overwegen
  • grin = grijns
  • smoky = rokerig
  • edible = eetbaar
  • elderflower = vlierbloesem
  • let alone = laat staan
  • pick = plukken
  • poisonous = giftig
  • filter = zuiveren
  • as a matter of fact = sterker nog
  • skydiving = een vrije val maken met een parachute
  • come up with = bedenken
  • hence = vandaar
  • inspire = inspireren
  • relive = herleven
  • tame = oninteressant
  • run-of-the-mill = dagelijks voorkomende
  • pamper = verwennen
  • fearless = onverschrokken
  • tap = tikken
  • eerie = spookachtige
  • rustle up = in elkaar draaien
  • challenge = uitdaging
  • overwhelmed = overstelpt