Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • appointments / agreements = afspraken
  • resident’s room = bewonerskamer
  • on a rota basis = bij toerbeurt
  • shopping list = boodschappenbriefje
  • to communicate = communiceren
  • daily practice = dagelijkse praktijk
  • to have a shower = een douche nemen
  • behaviour = gedrag
  • mental well-being = geestelijke gezondheid
  • communal room = gezamenlijke kamer
  • Do you need help (with) ...? = Heeft u hulp nodig bij ...?
  • How can I help you? = Hoe kan ik u helpen?
  • housekeeping / housework = huishoudelijk werk
  • household appliances = huishoudelijke apparaten
  • house rules = huisregels
  • I will put you through / I will connect you = Ik ga u doorverbinden
  • physical condition = lichamelijke toestand
  • medication = medicijnen / medicatie
  • mental support = mentale begeleiding
  • at what time ...? = om hoe laat ...?
  • breakfast = ontbijt
  • lunch = lunch
  • dinner = diner
  • developments = ontwikkelingen
  • guideline = richtlijn
  • cleaning activities / cleaning chores = schoonmaakwerkzaamheden
  • responsibility = verantwoordelijkheid
  • meeting = vergadering
  • sufficient = voldoende