ES
EN
NL
FR
DE
IT
Aprender vocabulario
Sugerencias
Método de estudio
Inicio
Wozzol
Sugerencias
Método de estudio
Listas de vocabulario
Noticias
Aprender vocabulario
Si desea aprender más vocabulario en un idioma extranjero, háganoslo saber.
Póngase en contacto con nosotros
Lista de vocabulario
Listas de vocabulario
Engels
ThiemeMeulenhoff
New Interface onderbouw 3e editie
HAVOVWO - Leerjaar 2 - 3e editie
Hoofdstuk 4.3 - Vocabulary unit 4, lesson 3
Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.
Acciones
Lista abierta para aprender
Imprimir la lista como
flashcards
Exportar lista como archivo de texto
Engels
Nederlands
accurately
=
nauwkeurig
apparently
=
blijkbaar
backwards
=
achteruit
breakthrough
=
doorbraak
buckle (to)
=
vastgespen
ceiling
=
plafond
claim (to)
=
beweren
dial
=
wijzerplaat
entirely
=
helemaal
forwards
=
vooruit
hug
=
omhelzing, knuffel
inflate (to)
=
opgeblazen worden
lever
=
hendel
listener
=
luisteraar
pedal (to)
=
fietsen, trappen
piled
=
opgestapeld
predict (to)
=
voorspellen
prove (to) - proved - proved / proven
=
bewijzen - bewees (bewezen) - bewezen
remarkable
=
opmerkelijk
sight
=
aanblik, gezicht
significant
=
belangrijk
whirr
=
gezoem