Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • act as (to) = zich gedragen als, zijn
  • bond = band
  • calm = kalm
  • close = dichtbij
  • correct (to) = corrigeren
  • frustrated = gefrustreerd
  • heart attack = hartaanval
  • human = mens
  • impatient = ongeduldig
  • judge (to) = oordelen
  • level = niveau
  • loneliness = eenzaamheid
  • own (to) = bezitten
  • patiently = geduldig
  • perform (to) = presteren
  • prevent (to) = voorkomen
  • raise (to) = stijgen, omhoog gaan
  • resident = bewoner
  • ride (to) = rijden
  • stroke (to) = aaien
  • tail = staart
  • trust (to) = vertrouwen
  • wag (to) = kwispelen