Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • to wait for = afwachten
  • already = alvast
  • answer = antwoord
  • April = april
  • boss = de baas
  • Belgium = België
  • colleague = de collega
  • thereafter = erna
  • patience = het geduld
  • strange = gek
  • to have to = hoeven
  • why do you ask? = hoezo
  • female teacher = de juf
  • ticket = het kaartje
  • canteen = de kantine
  • uncle = de oom
  • row = de rij
  • schoolyard = het schoolplein
  • butchery = de slagerij
  • Sugar Feast = het Suikerfeest
  • aunt = de tante
  • permission = de toestemming
  • wrong = verkeerd
  • cheap = voordelig
  • to propose = voorstellen
  • to throw away = weggooien