Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • remote = afgelegen
  • remote control = afstandsbediening
  • appliance / device = apparaat
  • considerate = attent
  • offensive = beledigend
  • available = beschikbaar
  • whim = bevlieging
  • prejudiced = bevooroordeeld
  • by means of = door middel van
  • reassuring = geruststellend
  • devastated = geschokt
  • turn out fine = goedkomen
  • maintain = in stand houden / handhaven
  • current = huidig / actueel
  • qualify = in aanmerking komen voor
  • resent = kwalijk nemen
  • ruthless = meedogenloos
  • norms and values = normen en waarden
  • down-to-earth = nuchter / praktisch
  • countless = ontelbaar
  • developing country = ontwikkelingsland
  • indifferent = onverschillig
  • recharge / store = opladen
  • manufacture = produceren
  • shed = schuurtje
  • shantytown = sloppenwijk
  • smoothly = zonder problemen
  • eventually = uiteindelijk
  • resort = vakantieoord
  • timid = verlegen
  • innovation = vernieuwing
  • sensible = verstandig
  • conceited = verwaand
  • furious = woedend
  • soap dispenser = zeeppompje
  • confidence = vertrouwen / zelfvertrouwen