Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • to acquire = krijgen
  • additionally = bovendien
  • to address = aanspreken
  • to affect = invloed hebben op
  • charitable = liefdadigheids
  • consent = goedkeuring
  • to counter = weerleggen, tegengaan, tegenspreken
  • disability = beperking, handicap
  • to dispute = bestrijden
  • to distinguish = onderscheid maken, onderscheiden
  • elaborate = uitgebreid
  • to elaborate = dieper ingaan op
  • embedded = verankerd
  • to enforce = handhaven
  • to gain = vermeerderen
  • to implement = uitvoeren
  • to perceive = waarnemen, zien
  • to poach = stropen
  • to rally = bij elkaar komen (om iets door te drukken)
  • to resist = zich verzetten tegen
  • sustainable = duurzaam
  • tusk = slagtand
  • valid = geldig