Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • purchase = aankoop
  • envy = afgunst
  • evidence = bewijs
  • to appear = blijken, verschijnen
  • pressure = druk
  • strain = druk, stress
  • soda / soft drink = frisdrank
  • event = gebeurtenis
  • mental = geestelijk
  • opportunity = gelegenheid, kans
  • impact = gevolgen
  • to raise = (geld) inzamelen
  • obviously = kennelijk, klaarblijkelijk
  • gap = kloof, opening
  • the latter = laatstgenoemde
  • windfall = meevaller (financieel)
  • moral = moreel
  • plentiful = overvloedig
  • misfortune = pech
  • sample = proefmonster, steekproef
  • wealth = rijkdom
  • tabloid = roddelpers
  • to fall out = ruzie krijgen
  • to regret = spijt hebben
  • disappointing = teleurstellend
  • rate = tempo
  • to assign = toewijzen
  • ultimately = uiteindelijk
  • to waste = verspillen
  • to suggest = voorstellen
  • delight = vreugde, genoegen
  • wellbeing = welbevinden
  • random = willekeurig
  • major = zeer belangrijk