Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Latijn Nederlands
  • -ne? = , leidt een vraag in
  • accipere = accipio, 1. vernemen 2. ontvangen
  • animus = animi, m., 1. de geest, de ziel 2. het hart, het gemoed
  • auxilium = auxilii, onz., de hulp
  • cogitare = cogito, nadenken
  • convenire = convenio, 1. samenkomen 2. overeenkomen
  • credere = credo + dat., 1. toevertrouwen 2. vertrouwen stellen in 3. geloven
  • dives = dives, dives, rijk
  • homo = hominis, m., de mens
  • idem = eadem, idem, dezelfde
  • ideo = daarom
  • ipse = ipsa, ipsum, zelf
  • ita = 1. zo 2. ja
  • iterum = iterum
  • minime = minime
  • munus = muneris, onz., 1. het ambt 2. het geschenk
  • nocere = noceo + dat., schaden
  • offerre = offero, aanbieden
  • paratus = parata, paratum, klaar, bereid
  • pessimus = pessima, pessimum, zeer slecht, slechtste
  • qualis = qualis, quale, 1. van welke aard, hoe? 2. (zo …) als
  • regnum = regni, onz., 1. het koningschap 2. het rijk
  • statuere = statuo, beslissen
  • videre = video, zien