Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • bad luck = pech
  • arrive = aankomen / arriveren
  • blues = bluesmuziek
  • band / group = band / muziekband
  • beautiful = mooi
  • cape = mantel
  • cartoons = stripverhalen
  • championship = kampioenschap
  • character = personage (in een verhaal) / personage
  • chess = schaken
  • change = veranderen
  • cinema = bioscoop
  • clever = slim / intelligent
  • disabled = gehandicapt
  • favourite = favoriet
  • hanging out = tijd doorbrengen
  • horses = paarden
  • husband = man / echtgenoot
  • languages = talen
  • luck = geluk
  • glasses = bril
  • month = maand
  • Poland = Polen
  • invisible = onzichtbaar
  • Russian = Russisch
  • kind = vriendelijk
  • match = wedstrijd
  • shirt = overhemd
  • part = rol
  • popular = populair
  • turn into = veranderen in
  • wear = dragen
  • wheelchair = rolstoel
  • sense of humour = gevoel voor humor
  • show = voorstelling
  • shy = verlegen