Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Engels Nederlands
  • build = bouwen
  • creature = wezen
  • desert = woestijn
  • disappear = verdwijnen
  • except = behalve
  • exist = bestaan
  • investigate = onderzoeken
  • lake = meer
  • luxurious = luxe
  • researcher = onderzoeker
  • riddle = raadsel
  • scientist = wetenschapper
  • statue = beeld / standbeeld
  • track = spoor
  • wave = golf
  • annoyed = geïrriteerd
  • borrow = lenen
  • detective agency = detectivebureau
  • future = toekomst
  • next door = hiernaast
  • plot = samenzwering / complot
  • prevent = voorkomen
  • private investigator = privédetective
  • security = veiligheid / beveiliging
  • shadow = volgen / stiekem volgen
  • shed = schuur
  • spy on = bespioneren
  • apologise = zich verontschuldigen
  • change = overstappen
  • chicken wing = kippenvleugeltje
  • crime scene = plek van de misdaad
  • damage = schade
  • drop = laten vallen
  • employee = medewerker
  • police investigation = politieonderzoek
  • regret = betreuren
  • roadworks = wegwerkzaamheden
  • rob = overvallen
  • robbery = overval
  • square = plein
  • town centre = stadscentrum
  • warn = waarschuwen
  • without a trace = zonder een spoor
  • absent-minded = verstrooid
  • businessman = zakenman
  • come along = meekomen / meegaan
  • decipher = ontcijferen
  • dig a hole = een gat graven
  • get lost = verdwalen
  • impossible = onmogelijk
  • invisible = onzichtbaar
  • pace = stap
  • property = landgoed
  • shopping list = boodschappenlijst
  • treasure = schat
  • trust = vertrouwen