ES
EN
NL
FR
DE
IT
Aprender vocabulario
Sugerencias
Método de estudio
Inicio
Wozzol
Sugerencias
Método de estudio
Listas de vocabulario
Noticias
Aprender vocabulario
Si desea aprender más vocabulario en un idioma extranjero, háganoslo saber.
Póngase en contacto con nosotros
Lista de vocabulario
Listas de vocabulario
Engels
Malmberg
Realtime
2hv
2hv-H6-EN
Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.
Acciones
Lista abierta para aprender
Imprimir la lista como
flashcards
Exportar lista como archivo de texto
Engels
Nederlands
appropriate
=
geschikt / toepasselijk
artificial intelligence
=
kunstmatige intelligentie
autonomous
=
autonoom / zelfstandig
battle
=
gevecht
buzz
=
rage / populair iets
care home
=
verzorgingshuis
closet
=
grote kledingkast
clue
=
aanwijzing
comply with
=
nakomen / naleven
episode
=
aflevering
existing
=
bestaand
human
=
menselijk
humans
=
mensen
lawn
=
gazon / grasveld
look after itself
=
op zichzelf passen / voor zichzelf zorgen
sense
=
bespeuren / voelen
waste
=
afval / verspilling / vervuiling
adjust
=
aanpassen
appear
=
optreden
commuter
=
forens
course
=
gang
digestive
=
spijsverterings
fish finger
=
visstick
interplanetary
=
tussen planeten
lunar
=
maan- / van de maan
maid
=
hulp / hulp in de huishouding
massive
=
heel groot
nutrient
=
voedingsstof
outdated
=
ouderwets
raise
=
optillen / opsteken
release
=
vrijlaten / laten ontsnappen
represent
=
symboliseren / vertegenwoordigen
reproduce
=
zorgen voor nageslacht
saliva
=
speeksel
sitcom
=
komische tv-serie
anniversary
=
gedenkdag / jaarfeest
exile
=
verbannen
geography
=
aardrijkskunde
harvest
=
oogst / oogsten
honour
=
eren
inverted
=
omgekeerd
native
=
oorspronkelijk
parrot
=
papegaai
plane
=
vlakte
reach
=
bereiken
settle
=
zich vestigen
settler
=
kolonist
soil
=
grond / bodem
superstitious
=
bijgelovig
vanish
=
verdwijnen
bank account
=
bankrekening
coffee grounds
=
koffiedrab
cover
=
verslaan / verslag van doen
do for a living
=
voor de kost doen
encouraging
=
bemoedigend
enrol for
=
inschrijven voor
fall
=
herfst
grab
=
pakken
leisure
=
ontspanning
long-term
=
langetermijn
lose touch
=
contact verliezen
make an effort
=
je best doen
matter to
=
belangrijk zijn voor
physical education
=
gymnastiek / lichamelijke oefening
pop up
=
tevoorschijn komen / verschijnen
savings account
=
spaarrekening