Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Latijn Nederlands
  • stat = stare, staan
  • grata = gratus, 1. aangenaam 2. dankbaar
  • saepe = saepe, dikwijls, vaak
  • arbores = arbor, de boom
  • medio = medius, middelste, het midden van
  • tali = talis, dergelijk
  • poenae = poena, de straf
  • scelere = scelus, de misdaad
  • cupis = cupere, verlangen
  • satis = satis, genoeg
  • opum = opes, 1. de middelen 2. de rijkdom
  • tamen = tamen, toch, nochtans
  • tandem = tandem, 1. eindelijk 2. ten slotte
  • faciem = facies, 1. het uitzicht 2. het gezicht
  • redeunt = redire, teruggaan, terugkeren
  • membra = membrum, het lichaamsdeel, het lid
  • sic = sic, zo
  • plus = plus, meer
  • in- = in-, on-