Apúntate deel 1

Hier vind je de woordenlijsten van ¡Apúntate!   Het woordjes leren doe je met Wozzol.

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Spaans Nederlands
  • ¿Vamos a la playa? = Gaan we naar het strand?
  • ir (a) = gaan (naar)
  • ¡Dígame! = Ja? / Hallo?
  • ¡Dime! / ¡Dígame!

    Ja? / Hallo?

  • el momento = het moment / het ogenblik
  • el teléfono = de telefoon
  • ¡Dime! = Ja? / Hallo?
  • ¡Dime! / ¡Dígame!

    Ja? / Hallo?

  • es que = namelijk / eigenlijk
  • por fa = alsjeblieft
  • ¡Lo siento! = Het spijt me!
  • de verdad = echt / heus
  • está bien = het is goed / het is in orde
  • el coro = het koor
  • llamar = bellen
  • ¿Qué hay? = Alles goed?
  • hacer = maken
  • por la tarde = ‘s middags / ‘s avonds
  • ¿adónde? = waarheen?
  • el museo = het museum
  • nadar = zwemmen
  • contestar = (be)antwoorden
  • el número = het (telefoon)nummer
  • apuntar = opschrijven / noteren
  • ¿cuándo? = wanneer?
  • el polideportivo = het sportcentrum
  • el partido de fútbol = de voetbalwedstrijd
  • ¡Qué pena! = Wat jammer!
  • antes = eerder / daarvoor
  • empezar = beginnen
  • primero = eerst
  • hacer un trato = tot een akkoord komen
  • el trato = het akkoord
  • contigo = met jou
  • conmigo = met mij
  • quedar = afspreken
  • entonces = dan / dus