Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Spaans Nederlands
  • absurdo = belachelijk
  • agradecer = op prijs stellen, graag willen
  • aprovechar = benutten, gebruikmaken, profiteren
  • asistente, el = assistent
  • bajar = uitstappen
  • completo = vol / volledig
  • confirmación, la = bevestiging
  • copia, la = kopie
  • deberes, los = huiswerk
  • duplicado, el = duplicaat, kopie
  • enfadarse = boos worden
  • fábrica, la = fabriek
  • gato, el = kat
  • gerente, el = manager, bedrijfsleider
  • ordenador, el = computer
  • pedir = vragen / vragen om / verzoeken
  • permitir = mogelijk maken, veroorloven
  • protestar = protesteren
  • ratón, el = muis
  • realmente = inderdaad
  • reserva, la = reservering
  • tampoco = evenmin, ook niet
  • tarjeta postal, la = ansichtkaart
  • traducir = vertalen
  • tratar = behandelen, bejegenen
  • usar = gebruiken
  • vuelo, el = vlucht