ES
EN
NL
FR
DE
IT
Aprender vocabulario
Sugerencias
Método de estudio
Inicio
Wozzol
Sugerencias
Método de estudio
Listas de vocabulario
Noticias
Aprender vocabulario
Si desea aprender más vocabulario en un idioma extranjero, háganoslo saber.
Póngase en contacto con nosotros
Lista de vocabulario
Listas de vocabulario
Spaans
De Uitgeversgroep
SPA 1 op A2-niveau
A2 - Deel Vrijetijdssector - 1e editie
SPA 1, Hoofdstuk 6
Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.
Acciones
Lista abierta para aprender
Imprimir la lista como
flashcards
Exportar lista como archivo de texto
Spaans
Nederlands
la tarde
=
de middag / avond
Amberes
=
Antwerpen
una cafetería
=
een cafetaria
el equipamiento sanitario
=
de sanitaire voorzieningen
los servicios
=
het toilet / de toiletten
el billete de ida y vuelta
=
het retourkaartje
la hora
=
het uur
un bocadillo
=
een belegd broodje
el médico
=
de arts
el paciente
=
de patiënt
el bar
=
de bar / het café
la maleta
=
de koffer
el aparcamiento/el parking
=
de parkeerplaats
la hermana
=
de zuster
Londres
=
Londen
la capital
=
de hoofdstad
Estoy bien.
=
Het gaat goed met me.
la acogida
=
de ontvangst
el interés
=
de belangstelling
el objetivo
=
het doel
quisiera
=
ik zou graag willen
Pascua
=
Pasen
las siete
=
zeven uur
las ocho
=
acht uur
algo
=
iets
un poco / un poquito
=
een beetje / een klein beetje
Muchísimas gracias.
=
Heel erg bedankt.
excelente
=
uitstekend
también
=
ook
ahora
=
nu
cómo no / desde luego
=
Natuurlijk
bien
=
goed
Está bien.
=
Het is goed.
pero
=
maar
que (betr.vnw.)
=
dat, die
cada
=
elke, iedere
perfectamente
=
perfect
entre
=
tussen
Hace viento.
=
Het waait.
cordial
=
hartelijk
llamaré
=
ik zal bellen
la visita
=
het bezoek