- Spaans Nederlands
- el consejo = het advies
- la dieta = het dieet / het eetpatroon
- la campaña = de campagne
- aconsejar = aanraden
- crudo = rauw
- cocido = gekookt
- al vapor = gestoomd
- la carne blanca = het witte vlees (van gevogelte)
- el pavo = de kalkoen
- el pescado blanco = de witte vis
- el bacalao = de kabeljauw
- el pescado azul = de vette vis
- el arenque = de haring
- ahumado = gerookt
- desnatado = afgeroomd / mager
- el yogur = de yoghurt
- el huevo cocido = het gekookte ei
- el huevo pasado por agua = het (zacht)gekookte ei
- el fruto seco = het gedroogde fruit
- el cereal = het graanproduct
- integral = volkoren
- el consumo = de consumptie
- frecuente = regelmatig
- el alimento = het voedsel / de voeding
- frito = gebakken / gefrituurd
- la comida preparada = de kant-en-klaarmaaltijd
- la pizza = de pizza
- congelado = bevroren / diepvries-
- el dulce = het snoepje / de zoetigheid
- la bollería = de luxe broodjes
- la carne roja = het rode vlees
- la ternera = het kalfsvlees
- el cordero = het lamsvlees / het lam
- el salchichón = soort gedroogde worst
- guisado = gestoofd
- asado = gebraden / geroosterd