Gente joven deel 2

Woordenlijsten Gente joven deel 2

Hier vind je de woordenlijsten van Gente joven – nieuwe editie deel 2 van Intertaal.

Leer de woordjes makkelijk met Wozzol.

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Spaans Nederlands
  • acordarse = zich herinneren
  • mismo = zelfde
  • la calle = de straat
  • el colegio = de school
  • formar = vormen
  • tocar = spelen
  • reunirse = bij elkaar komen
  • el garaje = de garage
  • las vacaciones = de vakantie
  • el compañero = de vriend
  • la compañera = de vriendin
  • viajar = reizen
  • quedarse = blijven
  • todos = allemaal
  • el instituto = de middelbare school
  • los deberes = het huiswerk
  • el vecino = de buurman
  • la vecina = de buurvrouw
  • hablar = praten
  • raro = raar / apart
  • la mudanza = de verhuizing
  • llamarse = heten
  • el nombre = de naam
  • el dios = de god
  • la diosa = de godin
  • el momento = het moment
  • investigar = onderzoeken
  • cerca = dichtbij
  • el hermano = de broer
  • la hermana = de zus
  • el padre = de vader
  • el gato / la gata = de kat
  • tonto = dom
  • algo = iets
  • perder = verliezen
  • buscar = zoeken
  • la llave = de sleutel
  • siguiente / próximo = volgende
  • venir = komen
  • merendar = lunchen
  • por favor = alsjeblieft
  • el miedo = de angst
  • papá = papa
  • mamá = mama
  • saber = weten
  • la imaginación = de fantasie
  • la vida = het leven
  • los demás = de rest
  • matar = doden
  • alguien = iemand
  • la sustancia = de substantie
  • el cuerpo = het lichaam
  • la persona = de persoon
  • muerto = dood
  • la peña = de vriendengroep
  • invitar = uitnodigen
  • descubrir = ontdekken
  • el edificio = het gebouw
  • la asignatura = het schoolvak
  • el libro = het boek
  • escuchar = luisteren
  • atento = oplettend