Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Spaans Nederlands
  • apellido = de achternaam
  • dirección = het adres
  • llamar = bellen
  • entonces = dan
  • propio/a = eigen
  • correo electrónico = de e-mail
  • formulario = het formulier
  • fecha de nacimiento = de geboortedatum
  • lugar de nacimiento = de geboorteplaats
  • municipio = de gemeente
  • sexo = het geslacht
  • número de casa = het huisnummer
  • llenar = invullen
  • hombre = de man
  • con = met
  • nacionalidad = de nationaliteit
  • código postal = de postcode
  • rápido = snel
  • calle = de straat
  • nombre = de voornaam
  • preguntar = vragen
  • mujer = de vrouw
  • qué = wat
  • lugar de residencia = de woonplaats
  • tan = zo
  • su = zijn