Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Spaans Nederlands
  • compra = de aankoop
  • aparato = het apparaat
  • eléctrico/a = elektrisch
  • energía = de energie
  • pesado = flauw
  • frito/a = de friet
  • freidora = de frituurpan
  • secador de pelo = de haardroger
  • congelar = invriezen
  • vivir = leven
  • plaza del mercado = marktplaats
  • batidora = de mixer
  • útil = nuttig
  • hermoso/a = prachtig
  • máquina de afeitar = het scheerapparaat
  • planchar = strijken
  • plancha = het strijkijzer
  • reemplazar = vervangen
  • sobre todo = vooral
  • congelador = de vriezer
  • secadora = de wasdroger
  • hervidor = de waterkoker