Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Spaans Nederlands
  • Adjuntar = Bijsluiten
  • Asignar la habitación = De kamer toewijzen
  • Ayudar = Helpen
  • Conseguir = Lukken
  • Controlar los datos = De gegevens controleren
  • Dar instrucciones = Aanwijzingen geven
  • El formulario de registro = Het registratieformulier
  • El primer día de trabajo = De eerste werkdag
  • Entregar la llave = De sleutel overhandigen
  • Esperar a los primeros huéspedes = De eerste gasten verwachten
  • Estar de turno = Dienst hebben
  • Estimada señora: = Geachte mevrouw,
  • Estimado señor: = Geachte heer,
  • Estimados señores: = Geachte heren,/Geachte heer en mevrouw,
  • Hacer la factura = De factuur opmaken
  • Informar = Informeren
  • La modificación = De wijziging
  • La regla más importante = De belangrijkste regel
  • La sonrisa = De glimlach
  • Llegar una hora más tarde = Een uurtje later komen
  • Modificar la reserva = De reservering/boeking wijzigen
  • Por correo electrónico = Per e-mail
  • Por desgracia = Helaas
  • Por eso = Daarom
  • Recoger la llave = De sleutel innemen
  • Rellenado completamente = Volledig ingevuld
  • Rellenar = Invullen
  • Saludar al huésped = De gast begroeten
  • Sentirse como en casa = Zich thuis voelen
  • Todos los vuelos están completos = Alle vluchten zijn volgeboekt