Wozzol

Por favor, compruebe si la lista de vocabulario es correcta antes de aprenderlo.

  • Spaans Nederlands
  • comercializar = op de markt brengen
  • selección = keuze / selectie
  • paquetes = pakketten
  • plazas = pleinen / markten
  • destino turístico = toeristische bestemming
  • boletos = tickets
  • material informativo = informatiemateriaal
  • geográfico = geografisch
  • los siglas de los = de afkorting van
  • nombres en plural = namen in meervoud
  • asesorar = adviseren
  • Aconsejar / asesorar

    adviseren

  • intermediar = bemiddelen
  • agencia emisora = uitzendbureau
  • agencia receptiva = ontvangstbureau
  • mercado = markt
  • demanda = behoefte
  • producto = product
  • contratar = contracteren
  • producir = produceren
  • mayorista = groothandelaar
  • minorista = kleinhandelaar
  • antelación = van te voren / voorschot
  • carburantes = brandstoffen
  • catálogos = catalogi
  • encontrar = vinden / ontmoeten
  • época del año = tijd van het jaar
  • folletos = folders
  • huracanes = orkanen
  • ida y vuelta = retourvlucht
  • mayoría = meerderheid
  • navidad = kerst
  • opciones = opties
  • podríamos = wij zouden kunnen
  • sacar una visa = een visum krijgen
  • suplementos = aanvullingen
  • tasas = tarieven
  • traslados = vertalingen / verhuizingen
  • validez = legitimiteit
  • esperar = wachten
  • los cholos = de halfbloedjes
  • puerto = haven
  • tasas portuarias = havenrechten
  • propinas = tips / fooien
  • descuento = korting
  • reserva = reserveert
  • pista baloncesto = basketbalveld
  • cabinas = hutten
  • bono = (waarde)bon
  • carísimo = zeer duur
  • pistas = banen / pistes
  • grados = graden
  • invierno = winter
  • muchísimo = heel veel
  • ningún = geen enkele / niemand
  • presupuesto = begroting
  • capacidad = capaciteit
  • brindis = proost
  • banquete = feestmaal
  • bienvenidos = welkom
  • camareros = obers
  • comensales = tafelgenoten
  • disfrutar = genieten
  • edades = leeftijden / periodes
  • espacios de juego = speelruimte
  • gustaría saber = graag willen weten
  • islas temáticas = eilanden thema's
  • mariscos = schaal- en schelpdieren
  • matrimonio = huwelijk
  • mucha sal = veel zout
  • nos encanta bailar = wij houden van dansen
  • oferta = bod / offerte
  • pinchos = spiesjes
  • queríamos información = wij willen graag informatie
  • recintos = binnenplaatsen
  • preocuparse = zich bezighouden
  • dietas = diëten
  • baja en sal = zoutarm
  • sin grasas = zonder vet
  • vegetariano = vegetarisch
  • mantelería = tafellinnen
  • vajilla = serviesgoed
  • asistentes = asistenten
  • asistentes

    deelnemers / asistenten

  • decoración = decoratie
  • apetito = eetlust
  • banquetes o cenas sentados = zittende feestmaaltijden of diners
  • buffet = buffet
  • temporada = seizoen
  • apariencia = verschijning
  • mobiliario = meubilair
  • cristalería = glaswerk
  • comprar que el catering esté asegurado = de koop van de catering is verzekerd
  • chiringuito = snack
  • asistentes = deelnemers
  • asistentes

    deelnemers / asistenten

  • negocio = handel
  • recetas = recepten
  • especialidad = specialiteit
  • aconsejar = adviseren
  • aconsejar / Asesorar

    adviseren

  • cubertería = bestek
  • personal = personeel
  • Les recomiendo = ik adviseer
  • Les aconsejo / Les recomiendo

    ik adviseer

  • Les aconsejo = ik adviseer
  • Les aconsejo / Les recomiendo

    ik adviseer

  • Les puedo sugerir = ik stel voor dat
  • por qué no prueban? = waarom bewijst u het niet?
  • es nuestra especialidad = het is onze specialiteit
  • Les están atendiendo = wij zijn een cateraar
  • lo siento, no nos queda.. = sorry, we hebben geen..
  • está muy bueno = het is heel mooi
  • fresco = fris
  • rico = rijk / lekker
  • gustoso = zalig